Bijvoet, een kruid dat erg veel weg heeft van een struik, bloeit
op steeds meer plaatsen in het land en breidt zich in noordelijke richting uit;
het pollen is sterk allergeen. Grote brandnetels bloeien flink; je treft ze overal
in het buitengebied en op ruderale plekken aan. Op oude muren in de stedelijke
omgeving en ook wel in parken bloeit Klein glaskruid. Deze soort is nauw
verwant aan de Brandnetel. Het pollen van Klein glaskruid is zeer sterk
allergeen en deze soort komt zeer overvloedig voor in vakantielanden rond de
Middellandse zee, waar het Glaskruid de plaats inneemt van onze Brandnetel. In bermen
is bloeiende Smalle weegbree te zien. Melganzenvoet is te vinden op plaatsen
waar bijvoorbeeld net een nieuwe berm is aangelegd.
Timoteegras is een laatbloeier onder de grassen. De stijve
aar kan wel tot 25 cm uitgroeien. Van andere grassen als Kropaar, Zwenkgrassen,
Raaigrassen, Gestreepte witbol, Rietgras en Beemdgrassen vind je nog steeds wat
bloeiende exemplaren. Struisgrassen tref je aan op droge bermen en graslanden
en net als Straatgras ook in de stedelijke omgeving. Flink wat grassen zijn
echter uitgebloeid; bovendien is er gemaaid. Steeds meer Maïsakkers bloeien en
hoewel het stuifmeel of pollen niet ver van de planten vandaan komt, kunnen
mensen die gevoelig zijn voor graspollen als ze langs zo’n akker fietsen of
wandelen ernstige hooikoortsklachten ervaren. Maïs is immers een gras. Langs
waterkanten begint Riet te bloeien.
Linden en Tamme kastanjes zijn vrijwel uitgebloeid. De
vruchtvorming is goed waar te nemen. Bij Lindes vallen er nogal wat op de grond
en de bolsters van de Tamme kastanje kun je zien ontwikkelen. Pollen van deze
soorten bomen komt bijna niet meer vrij.
Schimmelsporen afkomstig van schimmels die op afstervende
plantendelen leven kunnen in de lucht komen. Ook deze veroorzaken bij een klein
aantal mensen hooikoortsachtige klachten. Berucht als klachtenveroorzakers zijn
Alternaria en Cladosporium.
Bijgewerkt door Maurice Martens, maandag 27 juli 2015. ©
Pollennieuws.nl .