Inheemse Witte elzen bloeien en ook steeds meer Zwarte elzen
ontwikkelen 10 cm lange katjes. Hun kleur verandert dan van bruin naar
geel-bruin. Hoewel windbestuivers in het algemeen de tactiek hebben om min of
meer tegelijk massaal te bloeien, vallen de genetische verschillen tussen de
individuele bomen en struiken op. Niet-inheemse Elzen zijn uitgebloeid.
Bloeiende Hazelaars vallen op door de geel-groen gekleurde
katjes, die de struiken goed laten afsteken tegen de rest van de begroeiing die
nog bladloos is. Bij deze soort zijn eveneens duidelijke verschillen te zien:
een flink aantal Hazelaarstruiken staat nog volop in bloei; bij andere zijn de
katjes nog niet zo ver. Ook zijn er al behoorlijk wat struiken die zelfs al
bruine katjes hebben, ten teken dat ze uitgebloeid raken. Regelmatig kun je dit
zelfs aan een en dezelfde struik waarnemen. Deze verdeling in de tijd zorgt
ervoor dat er altijd voldoende vrouwelijke katjes bevrucht worden in de
bloeiperiode. Boomhazelaars, meestal in de stad als straatboom aangeplant, zijn
uitgebloeid.
Mensen die gevoelig zijn voor pollen van Hazelaars of Elzen
kunnen last hebben van hooikoortsachtige verschijnselen. Vooral tijdens droge
periodes en met directe zonne-instraling. Deze verschijnselen worden ook
veroorzaakt door het fijne weefsel dat in de lucht komt als de katjes
openbreken tijdens het rijpen. De deeltjes die dan in de lucht komen zijn immers
kleiner dan pollenkorrels en vallen binnen de categorie fijnstof.
Uit de groep van de Coniferen, vaak aangeplant in tuinen en
parken, bloeit de Taxus. De mannelijke bomen zijn te herkennen aan de kleine,
gele, ronde kegeltjes, die tijdens het rijpen open gaan een enorme hoeveelheid
pollen kunnen afgeven. Dit pollen is slechts licht allergeen; het aantal mensen
dat last kan hebben van dit pollen is zeer beperkt.
Geschreven door Maurice Martens, zaterdag 14 maart 2015. ©
Pollennieuws.nl .