Diverse bloeiende grassoorten zijn te zien en hun biomassa
is flink toegenomen. Er wordt op steeds meer plaatsen gemaaid, niet alleen productiegraslanden,
maar ook wegbeheerders maaien te hoog geworden bermen en grasperken.
Kropaar, Raaigrassen en Beemdgrassen staan vooral in wat vochtiger
bermen, op dijkhellingen en in grasland. Op drogere gronden bloeien Zwenkgrassen
en Draviken. Steeds meer bloeiende Gestreepte witbol en Glanshaver vallen op. In
de duinen bloeit Helm en Kruipertjes in de stad geven eveneens aan dat het
grassenseizoen op zijn hoogtepunt is. Ook granen rijpen al flink en pollen van
Rogge komt nu eveneens in de lucht.
Sparren en Dennen bloeien. Het pollen van deze naaldbomen heeft
twee luchtzakken en daardoor kan dit pollen over grote afstanden door de wind
verplaatst worden ook uit landen ten oosten van Nederland en België als de wind
in de oosthoek zit. Aan Lindebomen is de ontwikkeling van de bloeiwijzen te
zien, maar ze zijn nog niet zover dat er al bloemen zichtbaar zijn.
Het verschijnsel ‘zomersneeuw’, dit is het zwevend vruchtpluis
van uitgebloeide Wilgen en Populieren, is vooral bij droog en vlagerig weer te
zien. Maar deze ‘zomersneeuw’ is niet allergeen, net zo min als de
vruchtpluizen van Paardenbloemen en andere uitgebloeide composieten. In
dergelijke situaties is veel allergeen pollen, onder meer van Grassen, in de
lucht en dat pollen veroorzaakt hooikoortsachtige klachten.
Kruiden, met name Zuring en Smalle weegbree behoren eveneens
tot de pollenplanten die stuifmeel aan de lucht afgeven. Het zijn echte
windbestuivers. Je ziet er steeds meer in bloei in bermen, op dijkhellingen, in
graslanden en ook in de stad in niet gemaaide bermen langs wegen. Tussen het
bloeiend gras zie je de rode kleur van de bloeiwijzen van Zuringen. Bijvoet,
een kruid dat vooral in de zomer een rol speelt, zie je steeds meer, maar nog
zonder bloeiwijzen. Het speelt nu nog geen rol.
Buien veroorzaken aan het begin vaak een pollenpiek. De
eerste vallende druppels bewegen de pluimen en aren van gras en de bloeiwijzen
van andere planten mechanisch, waardoor er een pollenwolk tevoorschijn komt. Er
zijn dan ook mensen die juist aan het begin van een bui extra irritatie
ondervinden. Wanneer het na een neerslagperiode droog wordt en de temperatuur
zomers blijft, brengen pollenplanten opnieuw veel pollen in de lucht.
Bijgewerkt door Maurice Martens, vrijdag 10 juni 2016. ©
Pollennieuws.nl .