Veel soorten gras staan in bloei en deze brengen zeer sterk
allergeen pollen in de lucht. Pollen van granen zoals Rogge komt nu eveneens in
de lucht. Dit pollen is wat groter en zwaarder dan graspollen, maar in de
directe omgeving van Rogge-akkers kan iemand die gevoelig is voor graspollen
veel last hebben van dit pollen.
Sparren en Dennen bloeien. Het pollen van deze naaldbomen
heeft twee luchtzakken en daardoor kan dit pollen over grote afstanden door de
wind verplaatst worden ook uit landen ten oosten van Nederland en België als de
wind in de oosthoek zit. Een aantal Lindebomen bloeit; een klein aantal mensen
reageert soms sterk op het pollen van deze bomen en ook wel op de weeïge geur.
Ook Tamme kastanjes ontwikkelen hun bloeiwijzen.
Kruiden, met name Zuring en Smalle weegbree behoren eveneens
tot de pollenplanten die stuifmeel aan de lucht afgeven. Het zijn echte
windbestuivers. Ze bloeien in bermen, op dijkhellingen, in graslanden en ook in
de stad in niet gemaaide bermen langs wegen. Tussen het bloeiend gras zie je de
rode kleur van de bloeiwijzen van Zuringen. Bijvoet, een kruid dat vooral in de
zomer een rol speelt, zie je steeds meer, maar nog zonder bloeiwijzen. Het
speelt nu nog geen rol.
Het verschijnsel ‘zomersneeuw’, dit is het zwevend
vruchtpluis van uitgebloeide Wilgen en Populieren, is bij droog en vlagerig
weer te zien. Maar deze ‘zomersneeuw’ is niet allergeen, net zo min als de
vruchtpluizen van Paardenbloemen en andere uitgebloeide composieten. In
dergelijke situaties is veel allergeen pollen, onder meer van Grassen, in de
lucht en dat pollen veroorzaakt hooikoortsachtige klachten.
Buien veroorzaken aan het begin vaak een pollenpiek. De
eerste vallende druppels bewegen de pluimen en aren van gras en de bloeiwijzen
van andere planten mechanisch, waardoor er een pollenwolk tevoorschijn komt. Er
zijn dan ook mensen die juist aan het begin van een bui extra irritatie
ondervinden.
Bijgewerkt door Maurice Martens, woensdag 15 juni 2016. ©
Pollennieuws.nl .