Goed te herkennen bloeiende grassen zijn Glanshaver, Kropaar,
Zwenkgrassen, Draviken, Gestreepte witbol, Rietgras en Beemdgrassen. Ook
Kruipertje en Straatgras zie je bloeien in de stedelijke omgeving. Kruipertje
vind je vaak rond boomstammen en op andere plekken waar nogal eens een hond
zijn behoefte doet. Granen als Rogge kunnen eveneens al bloeien. Video’s van
diverse grassoorten zijn te bekijken op pollenkalender.tv, zodat u ze kunt
leren herkennen.
Dennen en Sparren bloeien nog en geven hun licht allergeen pollen
af aan de lucht. Door de luchtzakken die de pollenkorrels van deze naaldbomen hebben,
kunnen ze over grote afstanden door de wind worden meegevoerd. Linden en Tamme
kastanjes beginnen te bloeien. De bloeiwijzen van deze bomen worden door bijen
en hommels bezocht maar de pollen- of stuifmeelproductie kan zo overvloedig
zijn dat er ook pollen in de lucht komt. Een aantal mensen heeft last van dit
pollen en soms zelfs van de geur.
Bloeiende Zuringen, als Krulzuring, Ridderzuring en
Schapenzuring en Smalle weegbree zijn in bermen, op dijkhellingen en in
graslanden te vinden. Soms kleuren Zuringen de bermen en graslanden rood tot
roodbruin. Het pollen van deze kruiden is licht tot matig allergeen. Grote
brandnetels zijn bloeiend aan te treffen vooral in het buitengebied en op
ruderale plekken.
Het zaad van Populieren en Wilgen heeft veel lange haren en
deze pluizen kun je bij zonnig en wat winderig weer in de lucht zien zweven. We
noemen deze vlokkige pluizen wel ‘zomersneeuw’. Het is niet allergeen, net als
de parachuutjes van uitgebloeide Paardenbloemen.
Geschreven door Maurice Martens, zondag 7 juni 2015. © Pollennieuws.nl
.