Haagbeuken, ook bomen uit de Berkenfamilie, bloeien in grote
delen van het land volop. Het stuifmeel of pollen is licht allergeen. Iepen
bloeien eveneens. Amsterdam staat bekend om de vele Iepen, of Olmen, die als
straatboom zijn aangeplant. Een klein aantal mensen reageert op stuifmeel van
deze bomen met hooikoortsachtige klachten.
Bloeiende coniferen zijn vooral in tuinen en parken
aangeplant. Schijncipres en Taxus kunnen lokaal pollen in de lucht brengen,
soms hele wolken. Om dit fenomeen worden ze wel ‘rookbomen’ genoemd. Mannelijke
Taxusbomen hebben kleine gele kegeltjes die bij rijpheid erg veel pollen vrij
geven als het droog is. Dit pollen is slechts licht allergeen. Het aantal
mensen dat er gevoelig is, is dan ook relatief klein.
Wilgen, met name de Boswilg met opvallende gele, mannelijk
bloeiende katjes, en Katwilgen bloeien steeds meer en ook veel Populieren staan
in bloei. Aan de toppen van de twijgen zie je bij de mannelijk bloeiende bomen
de naar rood kleurende katjes. Het pollen van Wilgen en Populieren is licht tot
matig allergeen. Dit betekent dat het aantal mensen dat met hooikoortsachtige
klachten op dit pollen reageert relatief wat kleiner is dan het aantal mensen
dat last heeft van pollen van Hazelaars en Elzen. Deze laatste soorten zijn aan
het eind van hun bloei.
Ook Beuken lopen hier en daar uit. Deze gaan kort na het
uitbotten van het blad ook bloeien.
Bijgewerkt door Maurice Martens, zaterdag 9 april 2016. ©
Pollennieuws.nl .