Duidelijk herkenbaar volop bloeiende soorten zijn Grote
vossenstaart, Gewoon reukgras, Kropaar, Zwenkgrassen, Draviken en Gestreepte
witbol. Glanshaver (vroeger Frans raaigras genoemd) met hun redelijk grote
grasbloemen met bruine meeldraden zijn, doordat ze wel tot een meter hoog
kunnen worden, goed te zien. Ook Granen als Rogge gaan bloeien. Ongeveer de
helft van de mensen met een pollenallergie reageert op graspollen. Op
pollenkalender tv kunt u van diverse grassoorten video’s bekijken, zodat u ze
kunt leren herkennen.
Dennen en Sparren bloeien en geven hun licht allergeen pollen
af aan de lucht. Door de luchtzakken die de pollenkorrels van deze naaldbomen hebben,
kunnen ze over grote afstanden door de wind worden meegevoerd. Bij oostenwind
wordt Dennenpollen vanuit Duitsland en soms zelfs vanuit Polen aangevoerd. Dit
stuifmeel of pollen is licht allergeen en kan opvallen door het geelgroene
‘pollenstof’ op oppervlakken als tuinmeubelen, stoepen en auto’s. Aan Linden
zijn de jonge, nog onrijpe bloeiwijzen in Zuid-Limburg al zichtbaar.
Het zaad van Populieren en Wilgen heeft veel lange haren en
deze pluizen kun je bij zonnig en wat winderig weer in de lucht zien zweven. We
noemen deze vlokkige pluizen wel ‘zomersneeuw’. Het is niet allergeen, net als
de parachuutjes van uitgebloeide Paardenbloemen.
Bloeiende Veldzuringen en Smalle weegbree zijn in bermen, op
dijkhellingen en in graslanden te vinden. Het pollen van deze kruiden is licht
allergeen.
Bijgewerkt door Maurice Martens, zondag 31 mei 2015. ©
Pollennieuws.nl .